Dichterlijke vrijheid

Onderweg.

In de metro, de hitte voelbaar.
Een mooie, zomerse middag in juni.
Van Rhoon naar Rotterdam
terug naar huis na een wandeling.
Met Covid nog half in mijn lijf
wogen de kilometers zwaarder.

De wind in mijn haren
de zon op mijn armen.
Het heeft me goed gedaan
in het groen te mogen lopen.
De natuur heelt elke kwaal.
De bomen bieden steun en troost.

Ik voel me moe, maar herboren.
Tijd om naar huis te gaan.
Tijd voor een thee, tijd voor rust.
Tijd om me te bezinnen.
Vannacht lekker slapen
en morgen een nieuwe dag.

Ode aan de ijsbeer in Blijdorp.

Grassprieten mengen
zich stil met wilde haren.
Tamgelegen beer,
doelloos, poolloos, vechtend met
bezoekers en verveling.

Hoe is de wereld
door jouw zintuigen beleefd?
Zie jij ons leven
terwijl wij naar jou kijken
en alleen je lichaam zien?

Een ruimte scheidt ons.
We komen niet dichtbij.
Wij, vrij om te gaan,
maar gevangen in onze
verlangens om vrij te zijn.

Jouw wilde natuur
klopt in alle heftigheid
tegen het hekwerk
dat jouw felle jachtinstinct
nimmer kan tegenhouden.
28.03.2023

In de verte.

In de verte zie ik een kerkje
Huis van God, van samenkomst.
Mensen bidden uit wanhoop.
Mensen danken hun lieve God.
Zondags naar de dienst
om God te prijzen
door psalmen, gezangen
uit luide borst gezongen.
De bijbel centraal, Het Woord.
Er wordt uit gelezen
verhalen verteld.
Kerkgangers luisteren.
De snoepjes gaan rond
om kinderen stil te houden
en voor de eigen behoefte
aan iets zoets, iets moois
iets wonderbaarlijks, een wonder.
De kerkdienst voorbij, mensen
schuifelen naar buiten, terwijl
het orgel hen begeleidt.
Terug naar de harde werkelijkheid
waar we bidden uit wanhoop
en danken voor ons dagelijks brood.
25.05.2022

Het verhaal begint.

Ik volg de draad van het verhaal
op zijn weg, waar gaat het heen?
Ik blijf op twee stappen afstand,
klaar om linksaf te gaan
als de draad die afslag neemt.
Geconcentreerd let ik op
de bewegingen die hij maakt.
Ik wil de draad niet kwijtraken.
Tenslotte ontsluit hij nieuwe
werelden en perspectieven
die ik zelf niet bedenken zou.
Het verhaal vertelt zichzelf
als ik bereid ben
me eraan over te geven.
Ik hoef alleen maar op te schrijven
wat mijn pen mij doorgeeft.
Met argusogen volg ik
mijn verhaal richting het einde.
Nog een paar lege regels
die gevuld willen worden.
Toewerken naar de climax,
de clou van dit verhaal.
En zoals het verhaal daarnet begon,
zo eindigt het hier op deze pagina.
26.05.2022

Het begin.

Alles begint bij het begin.
Het leven, geboorte,
het start met een begin.
Verhalen beginnen bij
het eerste woord.
Ook al start de schrijver
midden in het verhaal,
dat eerste woord
is het begin, de start.
Het begin is soms
heel moeilijk op te starten.
Vraag dat maar aan
een vrouw die gaat bevallen.
En als het kind
de wereld betreedt
neemt het zijn eerste adem
en begint daarmee zijn leven.
Een goed begin is het halve werk.
Je ervaart meteen een zetje
de goede richting op.
Je komt op gang
en je gaat door
tot een nieuw begin zich aandient.
27.05.2022

Soms.

Soms, heel soms,
als je geduld hebt,
als je geluk hebt,
als het niet tegenzit,
de goden je goed gezind zijn,
de hemellichamen op rij staan,
als je het niet verwacht,
als je het niet hebt geëist.
Soms, heel soms
voel je zo’n sprankje,
heel even een vonkje.
Het werkt aanstekelijk.
Je voelt je opleven,
licht in je hoofd en
licht in je voeten.
Je zweeft een seconde
in het hier en nu.
Totaal verbonden
met alles en iedereen.
Het geheim van het leven
stroomt door je heen en poef…
Terug in je lichaam, maar
soms, heel soms
komt het terug.
23.05.2022

Ego.

Ze zit opgesloten
al sinds haar geboorte
alleen, verlaten.
Kan naar buiten kijken.
Ziet mensen, dieren, natuur,
ook kunst en cultuur.
Geluid dringt bij haar binnen.
Muziek, woorden, lawaai.
Ze kan haar lichaam voelen,
voeten op de grond,
hand op haar been,
hartslag en ademhaling,
honger en dorst,
spanning en druk.
Maar ook begeerte, liefde,
boosheid, angst, verdriet.
Ze is alleen in haar beleving.
Er is niemand zoals zij.
Wel andere mensen,
andere belevingswerelden.
Zo is ze geboren, alleen,
afgescheiden, in haar eigen hoofd.
Zonder iets anders te kennen
gaat ze ook zo dood.
23.052022

Duisternis.

Ik breng het licht in de duisternis
met elke glimlach naar een ander,
elke goede daad,
iedere gehouden belofte,
maak ik de wereld een beetje lichter.
Het vertrouwen dat ik iemand schenk,
een appje of kaartje om op te beuren,
een luisterend oor, een goed advies,
het; “Ik help je wel even, dat vind ik
niet erg”. Ietsje lichter.
“Het spijt mij, ik was fout”
verlicht een ander mens zijn emoties.
Een “Ik vergeef je” maakt
tien kilo lichter aan beide zijden.
Een geopende deur, een compliment,
een toegestoken hand, een knikje
ter goedkeuring en waardering.
Het is zo simpel, zo snel gedaan.
Het geeft zoveel vreugde,
zoveel blijheid, zo basaal.
Ik breng het licht in de duisternis
waardoor ik de mensen om me heen
zie glimlachen van verbondenheid.
24.05.2022

Wat als?

Wat als ik eeuwig leef?
Wat als ik niet kan doodgaan?
Wat is het leven waard
voor iemand die nooit sterft?
Risico’s vermijden is onzinnig,
ik overleef toch alles.
Het maakt niet uit wat ik doe,
het heeft geen zin wat ik doe.
Hoe zou ik leven?
Wat zou ik doen?
Het besef van sterfelijkheid,
van noodzaak om te leven,
van kostbaar en kwetsbaar.
Het telt niet mee
voor een eeuwig levend mens.
Ik wil voorlopig nog niet dood.
Ik vind het leven veel te leuk.
Maar eeuwig leven hoeft van mij niet.
Laat mij maar, ergens in de verre
toekomst, vredig inslapen met
het gevoel van een geleefd leven.
21.05.2022

Een dichter is heengegaan.

Ik kende hem niet,
maar hij was bekend
van liedjes en woordkunst,
van acteren en studeren.
Klasgenoot van velen,
maar vooral ook klasgenoot
van mijn geliefde partner.
Mensen zijn verbonden met
elkaar, zijn bekend aan velen.
Het heengaan van één
slaat stukken in de gevoelens
van anderen en ook, daarmee,
als een steen in de vijver gegooid
rimpelingen achterlatend
op levens van mensen
die de dichter die is heengegaan
niet persoonlijk hebben gekend.
Wij zijn allen verbonden
door leven en dood.
Het overlijden van één
treft ons allemaal.
22.05.2022

Muze.

Muze, waar ben je?
Ik roep je, kom, vervul me
met jouw liefde.
Zonder jou, leeg,
razende gedachten, eenzaam.
Mijn ego is sterk, zegt
“Ik kan wel zonder haar”,
zoekt naar woorden die
zwaar zijn, stapelt ze tot zinnen.
Ego woorden, tot zinnen geregen
voelen als onzin, gekunsteld,
zwaarmoedig en saai.
Missen de lichtheid, het serene,
het waardevolle, betekenis.
Muze, waar ben je?
Ik kan je roepen, smeken,
maar jij hebt je eigen tempo,
je komt wanneer jij wilt.
Ik kan je niet dwingen,
kan me alleen openstellen
voor je komst, heel vluchtig,
altijd een wonder van schoonheid.
22.05.2022

Zwaluwen.

Ik zie zwaluwen vliegen.
Ze scheren langs mij heen.
Ze vliegen over het zwembad
en pikken de insecten op die
in het water liggen.
Scheervlucht, strooptocht,
ook vogels willen leven.
Ik hoor hun gefluit in de stilte.
Wat zouden ze tegen elkaar zeggen?
“Zie je dat vakantie vierend mens,
zittend voor een gehuurd appartement,
schrijvend in een schrift,
over zwaluwen die langs haar heen
scheren en fluiten?"
Wij zijn een raadsel voor haar.
Ze wil graag weten wat we denken.
maar dat blijft voor eeuwig
een raadsel voor haar.
Net zoals zij
een raadsel is voor ons".
19.05.2022

Aan de zee.

De zee
bejubeld en vervloekt.
De zee
ebt en vloedt eeuwig door.
Zich onbewust van mij
zittend in mijn strandstoel
zon op mijn hoofd
wind door mijn haren
mijmerend over
de zee
en over mijn leven
dat voortstroomt
golf na golf
tot het einde van mijn leven.
Een speldeknop vergeleken
bij het leven van de zee.
Vandaag zijn we samen
ik, mijmerend over ons bestaan,
de zee, onverstoord
golf na golf
eeuwig vloeiend
20.05.2022

De kust.

Strakblauwe lucht,
mooie, groene bomen,
natuurschoon bij het water,
wonderschone kust.
Ik voel me verloren,
verdoofd en alleen.
De natuur zo grandioos,
mijn leven zo kort en klein.
Al deze schoonheid
van de natuur, van de kust
stroomt door mij heen.
Ik maak er een ervaring van,
een stilstaan en bewondering.
Ik leg het vast met woorden,
ik leg het vast als herinnering,
draag het met mij mee
en deel het met anderen.
Als ik er straks niet meer ben
sterft de herinnering met mij mee.
De strakblauwe lucht, de bomen,
de wonderschone natuur
blijft gewoon doorgaan
voor anderen om te ervaren.
20.05.2022

Stilteweekend Huissen

Ik zit nu in de kloostertuin

na een stevig ontbijt.

In stilte met een bordje waar dat op staat

met een hoofd dat vol met chaos is.

Straks met elkaar gaan wandelen

ook met stilte die ons achtervolgd.

What was I thinking, toen ik dit besloot dit te doen

mijn hoofd met chaos en verdriet.

Het was hard nodig, dat is het nog steeds

ik ben blij dat ik hier ben in de kloostertuin.

Na een stevig ontbijt en een volle maag

wachtend op wat komen gaat.

Ik laat mijn pen rijkelijk vloeien

zoals mijn gedachten altijd doen.

Mooie dingen zijn uit mijn hoofd voortgekomen

maar ook een hoop ellende en frustratie

Hier in de kloostertuin, in stilte

mag het er zijn, mag ik er zijn.

 

Terug in de zaal, in stilte

de wandeling voelt nog in mijn voeten.

Het thema dreunt nog in mij na, woordeloos

woordeloos, sprakeloos, het kan niet gezegd worden.

Mijn wereld, mijn gedachten, alles verwoord

het woord God's, hierin opgevoed.

Nu in een klooster met een andere godsbeleving

maar met veel dezelfde woorden, ere zij God.

Het woord, wat is dat een handig ding

om alle dingen een naam en betekenis te geven.

 

Middag, na de lunch, in de kloostertuin

zittend op een bankje in de zon, gekoesterd.

Schrijvend voor me uit starend, leeg en vol

woorden komen op zonder dat ik er om vraag.

De bron, het licht, het universum

ze zijn dichtbij me, ik kan ze haast aanraken.

Ik ben een deel van hen, zij zijn mij, ik ben hen

zo dichtbij en als mens er toch zo ver van weg.

Momenten van helderheid, hier in stilte in de zon

een vlieg loopt voor me langs over tafel.

Hij laat zich door mij kennen, zoals ik mezelf ken

hij en ik komen uit dezelfde hemel.

Groepsgenoten lopend door de tuin

of zittend in stilte aan de tafels, werkend.

De auto's rijden vlakbij voorbij over de weg

zo dichtbij en toch zo ver weg, geluid in de stilte.

Een libelle met mooie rode rug landt op mijn tas

ik mocht haar aanschouwen en toen was ze weg.

 

De zon laat zich nu wat minder zien

ik begin het koud te krijgen

De middag nadert zijn einde, het is snel gegaan

de gedachten komen langzaam tot rust, op papier.

Het jongetje loopt te rennen in de tuin

aandacht vragend.

Hij komt op me af, zegt hallo, mij vragend aankijkend

ik verbreek de stilte voor hem, zeg hallo terug.

Hij draaft weer naar zijn vader

blijkbaar tevreden met mijn aandacht, zo kort.

De duif maakt geluid vanuit zijn boom, roekoeroe

een mug landt op mijn rug, ik krab.

De wind laat boomtakken ruisen

zij verbreken daarmee hun eeuwige stilte.

Terwijl een witje fladderend zijn weg vervolgd

en ik me opmaak om mijn oefening af te maken.

Vindt het witje zijn soulmate en samen

dansen ze een lied van vreugde en verlangen.

 

Een rondje langs het klooster

met mijn handen op mijn rug.

Op mijn gemak om me heen kijkend

naar bomen, struiken, gras.

Sommige nog in bloei, andere al richting

de dood en de recycling.

Een eng idee dat ik mijn mooiste bloei

al een tijdje geleden heb gehad, ik verval.

Mijn laatste bloemen doen een dappere poging

nog mee te tellen in deze wereld, te stralen.

Maar lopend in de natuur, dringt tot mij door

dat de verdorring is al ingezet.

Mijn leven draait voornamelijk nog om mezelf

mijn betekenis voor anderen wordt minder.

Anderen zijn nu in de kern van hun leven, bloeien

zijn het middelpunt van de tuin des levens.

Ik kijk naar de libelle met het mooie rode achterlijf

ook zij is binnenkort gerecycled.

 

Zondagochtend wandeling, met elkaar in een rijtje

kijkend naar de dingen alsof ze geen naam hebben.

Het is nog kil, zelfs met mijn jasje aan

mijn darmen zijn net geleegd, ze rommelen na.

De laatste keer zo met deze groep vreemden

die nu best vertrouwd aandoen, een bubbel.

Daarin heb ik de afgelopen dagen geleefd

het was een bijzondere ervaring, bevrijdend.

Ook de eucharische viering, zojuist verlaten

de vriendelijkheid straalde van de rituelen af.

Elkaar aankijkend en vrede wensend

kleine gemeenschap van hoop in een wrede wereld.

De wind ruist nog steeds door de bomen

mijn stilte voelt vertrouwd.

Het zal raar zijn deze stilte te laten gaan

het was mijn bondgenoot, mijn bevrijder.

 

Weer in sessie, deze keer met Piet

hij kijkt eerlijk naar zichzelf, mooi om te zien.

De vraag over beelden uit het verleden

raakte bij mij een kern, het kan ver terug gaan.

Naar toen ik een klein meisje was, zo jong

onschuldig, liefdevol en open.

Mijn tere kwetsbare leven op een worksheet

vier vragen om mijzelf te bevrijden, van wat?

Iedereen zoekt een plekje aan de tafel, ik zit

en maak mijn verhaal eerst af.

Opnieuw zal ik in mijn levensverhaal duiken

hoofd eerst, daarna denk ik onverschrokken

ik hoef niets te vrezen, ik kan niets verkeerd doen

ik ben mens, dat zegt het alles.

Met mijn voeten op een meditatiekussen

en een sjaaltje om mijn schouders.

Maak ik nu ruimte in mijn hoofd voor Byron Katie

en maak mezelf vrij, dat was ik al.

07.06.2021

Dagje sauna

Een ruimte vol met badjassen

ontspannend en schoon.

Ik zit op de bank, achter mijn koffie

klaar om inspiratie te ontvangen.

Adem in, adem uit, de rust komt in mijn hoofd

ik laat de saunageluiden voor wat ze zijn, achtergrond.

Als Boeddha, zonder dikke buik

zit ik op de bank, wachtend, mijn pen stokt.

Het ging zo goed tijdens het stilteweekend, maar nu

was dat een eenmalig ding, een anomalie?

De angst bekruipt me, what was I thinking

dat ik, IK, creatief zou kunnen zijn, een schrijver?

Ik neem een slokje koffie en kalmeer, ontspan

ik ben niet de enige met twijfels, angstige verlangens.

Ik denk aan alle grote schrijvers wiens 

eindproduct ik bewonder, heb stuk gelezen.

Niemand weet hoe een ander zich voelt, we zien

alleen de uitvoering, niet de generale repetitie.

Ik hoef niemand iets te bewijzen

zelfs mezelf niet, ik ontspan.

Elizabeth Gilbert zei het zo mooi in "Big Magic"

soms komt er een 'genie' voorbij, die jou

kiest om haar creativiteit mee te delen.

Ik hoop dat de genie ook in sauna's komt.

Zo niet, dan blijf ik toch schrijven wat

er in mijn hart komt en geuit wil worden.

In de rustruimte,

ogen open, ogen dicht.

Zinnen vragen om opgeschreven te worden

wachten in mijn hoofd

tot ik ze op papier heb gezet

Dan lossen ze op en maken plaats

voor de volgende gedachte, woordenstroom

Mijn pen, een doorgang voor ideeën, openbaringen

van mijn hart, zo op het papier, zonder

dat ik iets bedenk, de zinnen vloeien.

Is dit inspiratie, creativiteit?

of ben ik me gewoon aan het aanstellen

met mooie woorden, inhoudsloos

zonder betekenis, los van het leven.

Mijn meegebrachte boek over filosofen

brengt geen antwoord, geen verlichting.

Ik kan alleen maar meedoen met deze

stroom, mijn pen beweegt over het papier.

De woorden blijven komen, moeiteloos

ik hoef alleen maar te schrijven, te laten stromen

liggend in een relaxfauteuil

mijn kladblok tegen mijn been, ik krijg kramp.

Ik voel de staart van de woordenstroom, bijna

alles wat geschreven moet worden staat

op papier, ik voel me leeg. Even was ik vervuld

door een lawine van woorden, adrenaline

Nu kom ik tot rust, tot mezelf, ik ben

weer hier in de sauna. In de rustruimte...

Zojuist het warme buitenbad verlaten

waterdruppels vallen uit mijn haar, ik geniet.

De saunatuin, oase tussen snelweg

en stadsrand, een enclave.

Een ekster staarde, verstopt in een boom

naar al die blote lijven, glazige blikken.

De ontspanning heeft nu ingezet

veel mensen bijeen, maar een vredige stemming.

Zo mid-Covid pandemie, een tijd

van genieten, een stilte voor de storm?

De cijfers stijgen weer, de berichten alarmerend

een nieuwe lockdown, kunnen we dat nog aan?

Hier, in de sauna, lijkt het ver weg, de realiteit

wordt hier buiten de deuren gehouden, voor vandaag

Geen mobiele telefoons in de sauna, geen nieuws

geen cijfers van gevallen, nu even niet.

Straks weer naar buiten, terug in de wereld

de ekster gaat zijn eigen gang, glurend

naar prooi, een metgezel, naar naakte

lijven die vredig wandelen in deze bubbel, de sauna.

Loom, languit in een ligstoel, vredig

niets hoeft, de kalmte is voelbaar.

Nog even in de droom, nog even....

niets duurt eeuwig, een einde, het stopt.

Tijd om de bubbel te laten voor wat het is

een oase in tijd en ruimte.

Aankleden, afrekenen, mijn fiets uit de stalling.

Half uurtje trappen, de route in mijn broekzak

voor als ik verdwaal, heb ik Maps

op mijn mobiel, die geeft altijd aan

hoe je ergens moet komen, niet waar

je het beste heen kan gaan.

Mijn levenskoers, mijn bestemming, grotendeels

onbekend en niet te voorspellen.

Stapje voor stapje volg ik het levenspad dat

voor mij bestemd is, mijn weg, mijn bestemming.

Maar vandaag hou ik het op een stukje fietsen

van de sauna terug naar mijn huis.

27.10.2021

Reactie plaatsen

Reacties

Adrie Trouwborst
3 jaar geleden

Wat prachtig geschreven vooral dat stukje "rondje langs het klooster'"

Petra
3 jaar geleden

Wat een mooie reactie op mijn kloosteravontuur. Dankjewel.