Het voelt heel dubbel om een lichaam te hebben.
Enerzijds zou ik niets zijn zonder lichaam. Ik zou geen plek innemen in de wereld, ervan uitgaand dat er wel een wereld is. Ik zou een geest zijn en ik kan me niet voorstellen hoe het is om een geest te zijn; vluchtig, zonder substantie, vloeibaar, wolkachtig. Kortom, een lichaam is fijn om in te ‘wonen’, dingen mee te kunnen doen en vooral om mee te kunnen ervaren. Aanraking, emotie, zien, horen, ruiken, proeven en vibraties ondergaan. Allemaal mogelijk dankzij mijn lichaam. Mijn lichaam helpt me om naar andere plaatsen te gaan, zoals vanmiddag naar mijn broer en morgen naar het huis van Big D. Dat zijn allemaal positieve dingen aan het hebben van een lijf. Het nadeel van een lichaam is dat het ook hele sterke onprettige emoties kan ervaren die het leven ondragelijk kunnen maken. Boosheid, verdriet, angst, walging en jaloezie. Het lichaam kan ziek worden, verzwakken, uitgeput en oud raken. Het kan allerlei klachten hebben en gaan aftakelen. Het kan hoofdpijn, buikpijn, menstruatiepijn, spierpijn, misselijkheid, rugpijn, gevoelige benen, reuma en ademhalingsproblemen voelen. Dit is het minder leuke aspect van een lijf hebben. Gelukkig kan mijn lichaam ook genot, plezier, liefde, vreugde, ontspanning, vrede en nog veel meer van deze fijne emoties ervaren. Daarom ben ik blij dat ik een lichaam heb.
Reactie plaatsen
Reacties